SPEELKAART SYMBOLEN
Schoppen, harten, klavers en ruiten zijn algemeen bekend van het kaartspel. Over de herkomst van het kaartspel wordt veel gespeculeerd, niets is echter zeker. Sommigen verwijzen naar China, anderen naar Perzië en India. Uit een verbodsbepaling uit 1377 kunnen we afleiden dat ht spel in Europa ook populair werd. De 56 Italiaanse kaarten hadden 4 symbolen: Koning, Koningin, Ridder en Boer, toen het spel Spanje bereikte werd de Koningin vervangen door een ridder te paard. De Duitsers wilden ook geen Koningin en zij kozen voor König, Obermann, Untermann en de kaart vervaardigers wijzigden de symbolen in: bellen, harten, bladeren en eikels. De Fransen veranderden ook het een en ander: De Koningin kwam terug, net als de Duitse harten en ‘schoppen’. Ook zetten de Fransen het klaverblad in de plaats van de eikel en stelden ruiten in de plaats van de Duitse bellen. Over de betekenis van de symbolen zijn de geleerden het beslist niet eens. Men veronderstelt dat met de 4 symbolen 4 maatschappelijke klassen werden bedoeld. Voor de Italianen waren dat de kerk, het leger, de kooplieden en de boerenstand. Voor de Duitsers: de adel, de kerk, de stadsburgers en de boeren. De Franse kaarten hebben de volgende associaties; de schoppen: de aristocratie met het wapen van de hellebaarden, de harten als symbool van de kerk, de ruiten als een teken van welvaart (de stadsburgers) en de klavers verwezen naar de boerenstand.

image