Bron: E.H. Patrick van der Vorst (www.christian.art)🇬🇧🇮🇹🇪🇸🇧🇪🇱🇺
Evangelie van 20 november 2024

De parabel van de talenten.

De gelijkenis van de talenten,
Detail van het oostelijke raam,
Church of Saint Bega, Bassenthwaite, Lake District National Park, Cumbria, Engeland, Verenigd Koninkrijk,
Eind 19de/ begin 20ste eeuw,
© Alamy / Christian Art

Reflectie bij het glas-in-loodraam:

Veel van Jezus' gelijkenissen volgen een patroon van drie, met een bijzondere focus op het derde personage. In de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan zien we bijvoorbeeld de verschillende reacties van de priester, de Leviet en de Samaritaan op een gewonde reiziger, met de schijnwerper op de Samaritaan, die de onverwachte held wordt. In de gelijkenis van vandaag komen we echter opnieuw drie personages tegen, ditmaal toevertrouwd met een som geld door een edelman. Hier ligt de nadruk ook op de derde dienaar, die, in tegenstelling tot de anderen, niets doet met wat zijn meester hem heeft gegeven.

In de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan dient de derde figuur als model voor wat wij geroepen zijn te doen. Daarentegen benadrukt de gelijkenis van vandaag wat wij niet zouden moeten doen. De derde dienaar verbergt uit angst zijn gave gewoon in plaats van deze te gebruiken. Deze gelijkenis daagt ons uit om angst onze relatie met de Heer niet te laten beheersen, want liefde zou de drijvende kracht moeten zijn. Zoals de eerste brief van Johannes ons aan herinnert: "Volmaakte liefde drijft alle angst uit." Omdat we door God bemind zijn, worden we geroepen om op onze beurt lief te hebben, wat betekent dat we onze door God gegeven gaven inzetten in dienst van de Heer en Zijn volk. Elke dag biedt ons een kans om dat te doen: een dienst die geworteld is in liefde, niet gehinderd door angst.

Als we denken aan glas-in-lood, zien we vaak de grote, kleurrijke ramen van gotische kerken voor ons. Toch gaat de traditie van het kleuren van glas terug tot de oude Egyptenaren, die kleine vaten van gekleurd glas maakten om kostbare oliën in te bewaren. Dit ambacht werd verder ontwikkeld door de Romeinen, die de glaskleurtechnieken verfijnden. Het gebruik van glas-in-lood in kerkramen dateert uit de Romeinse basilieken van de vierde en vijfde eeuw, maar pas in de middeleeuwen bloeide de glas-in-loodproductie echt op. In de 12de eeuw was het een verfijnde kunstvorm geworden, waarbij Chartres in Frankrijk opkwam als een toonaangevend centrum voor hoogwaardige glas-in-loodproductie. De kathedraal van Chartres toont een aantal van de mooiste werken uit dit tijdperk, waaronder een van de vroegst overgebleven voorbeelden van een roosvenster. In de 19de eeuw bracht de neogotische heropleving een hernieuwd enthousiasme voor glas-in-lood met zich mee, omdat er in overvloed gotische kerken werden gebouwd, wat leidde tot een toename van opdrachten voor glas-in-lood. Dit glas-in-loodraam hier is een mooi voorbeeld van deze periode, dat de gelijkenis uit het evangelie van vandaag uitbeeldt. De 'man van adellijke geboorte', die reisde om het koningschap te ontvangen en later terugkeerde, wordt zittend op zijn troon getoond. Voor hem staan ​​de drie dienaren: twee knielen trots met hun vruchtbare investeringen, terwijl de derde, die slechts zijn pond verborg, wegloopt onder het afwijzende gebaar van de koning. Deze afbeelding vat de boodschap van de gelijkenis over trouw rentmeesterschap prachtig samen.

Lucas 19:11-28

11 Daar ook de anderen dit hoorden, voegde Hij er een gelijkenis aan toe, omdat Hij dicht bij Jerusalem was, en men nu dacht, dat het koninkrijk Gods terstond zou verschijnen. 12 Hij sprak dus: Een man van hoge geboorte reisde eens naar een ver land, om er de koninklijke waardigheid te ontvangen, en dan terug te keren. 13 Hij riep tien van zijn dienaars, gaf hun tien ponden, en zei hunrijft er handel mee, tot ik terugkom. 14 Zijn landgenoten haatten hem echter, en zonden hem een gezantschap achterna met de opdracht: We willen hem niet als koning over ons. 15 Toen hij nu de koninklijke waardigheid had ontvangen, keerde hij terug, en liet de dienaars ontbieden, wien hij het geld had gegeven, om te vernemen, wat voor zaken ze hadden gedreven. 16 De eerste verscheen en sprak: Heer, uw pond heeft tien pond winst opgeleverd. 17 Hij zei hem: Heel best, goede knecht; omdat ge over weinig getrouw zijt geweest, ontvang het bestuur over tien steden. 18 De tweede kwam, en sprak: Heer, uw pond heeft vijf pond opgebracht. 19 Tot hem zeide hij: Voer ook gij het bewind over vijf steden. 20 Nu kwam ook de derde en sprak: Heer, hier is uw pond; ik heb het zorgvuldig in een doek opgeborgen. 21 Want ik was bang voor u, omdat ge een streng man zijt. Ge vordert op, wat ge niet hebt gegeven, en ge maait wat ge niet hebt gezaaid. 22 Hij zei hem: Met uw eigen woorden zal ik u oordelen, boze knecht. Ge wist, dat ik een streng man ben; dat ik opvorder wat ik niet heb gegeven, en maai wat ik niet heb gezaaid. 23 Waarom hebt ge dan mijn geld niet uitgezet op de bank; dan zou ik het bij mijn komst met rente hebben teruggekregen. 24 En tot de omstanders zeide hij: Neemt hem het pond af, en geeft het aan hem, die de tien ponden heeft. 25 Ze zeiden hem: Heer, hij heeft reeds tien pond. 26 Ik zeg u: Wie heeft, aan hem zal worden gegeven; maar wie niet heeft, hem zal nog ontnomen worden wat hij bezit. 27 En wat mijn vijanden aangaat, die me niet tot koning over zich wilden, brengt ze hier, en steekt ze voor mijn ogen neer. 28 Na deze woorden ging Hij voorop, en trok naar Jerusalem.

image