Het is een mooie dag in een pittoresk Grieks plaatsje.
Alle straten echter, zijn leeg en verlaten.
Het zijn slechte tijden, want iedereen heeft schulden
en iedereen leeft op de pof.
Op deze dag rijdt een afgedwaalde Nederlandse toerist
door het Griekse dorpje en stopt bij een idyllisch hotelletje.
Hij zegt tegen de eigenaar dat hij graag de kamers wil bekijken
om er misschien één voor een nacht te huren en legt als onderpand
100 euro op de balie.
De eigenaar geeft hem een paar sleutels zodat de tourist de kamers
kan bekijken.
.
Wanneer de bezoeker de trap oploopt om de kamers te bekijken
pakt de hoteleigenaar het geld van de balie, gaat naar de bakker
en betaalt daar een achterstallige rekening.
De bakker neemt de 100 euro aan, sluit de deur, wandelt de straat uit,
loopt naar de molenaar en betaalt hem een openstaande schuld
De molenaar neemt het geld aan en betaalt daarmee zijn rekening
bij de boer van wie hij zijn graan koopt.
De boer neemt het geld en gaat naar de burgemeester om zijn pacht te betalen.
De burgemeester schuift het bedrag door naar een prostituee
bij wie hij nog een schuld had.
De prostituee gaat naar het hotelletje om daar een uitstaande rekening
van 100 euro te betalen.
De teruggekeerde hotelbaas neemt het geld aan en legt het op de balie.
Op dat moment komt de toerist de trap af, neemt de 100 euro van de balie
en zegt dat de kamers hem niet aanstaan en hij verlaat het dorpje.
.
Niemand heeft werkelijk iets geproduceerd, niemand heeft echt iets verdiend.
Toch is iedereen de persoonlijke financiële schuld kwijt.
Het is een mooie dag in een rustig Grieks plaatsje.
Gerelateerd:
Jan Spreen 2 jr
Tuurlijk, het (papieren)geld is enkel een ruilmiddel en op zich niets waard....