Bron: E.H. Patrick van der Vorst (www.christian.art) 🇪🇸🇱🇺🇮🇹🇬🇧🇧🇪
Evangelie van 3 oktober 2024

De tweeënzeventig werden in paren uitgezonden.

De Synaxis van de Zeventig Apostelen,
Russisch-orthodox icoon,
eind 19e eeuw,
Verguldsel, tempera en olieverf op paneel
© Christian Art

Reflectie bij de Russische icoon:

Vandaag reflecteren we op een Russisch-orthodox icoon met de ‘zeventig apostelen’, zoals ze in de Russisch-orthodoxe traditie worden genoemd. Het evangelie van Lucas (10:1) vermeldt echter ‘tweeënzeventig discipelen’, het enige evangelie dat deze groep omvat. Deze volgelingen werden specifiek door Jezus aangesteld en op een missie gestuurd. Op de icoon worden alle figuren genoemd en in paren afgebeeld, met Christus in het midden, met de tafelen met de Tien Geboden van Mozes voor zich.

Waarom stuurde Jezus deze tweeënzeventig discipelen in paren uit? Het Evangelie vertelt het ons niet expliciet, maar het is mogelijk dat twee mensen een sterker getuigenis kunnen afleggen, omdat twee getuigen geloofwaardigheid en voorzichtigheid aan hun missie kunnen verlenen. Misschien bood de een spirituele steun terwijl de ander de actievere missie op zich nam. Hoewel we kunnen speculeren over de redenen, is het belangrijke punt dat Jezus hen voor zich uit stuurde om de weg voor Zijn komst voor te bereiden, en de fundamenten legde voor Zijn eigen bezoek. Dat is wat ons ook wordt gevraagd te doen: getuigen van Christus, ons voorbereiden op Zijn wederkomst.

Evangelisatie is geen solitaire taak. De kern van evangelisatie ligt in partnerschap en gemeenschap. Door in paren te werken, kunnen individuen elkaar ondersteunen, elkaars sterke punten benutten en zwakheden compenseren. Samen vormen ze een natuurlijk, effectief team, dat de geest van gemeenschappelijke missie belichaamt waar Jezus in de evangelielezing van vandaag op aanriep.

Lucas 10:1-12

1 Daarna stelde de Heer nog twee en zeventig anderen aan, en zond ze twee aan twee voor Zich uit naar elke stad of plaats, waar Hij zelf naar toe wilde gaan. 2 En Hij sprak tot hen: De oogst is groot, maar werklieden zijn er weinig. Vraagt dus den Heer van de oogst, dat Hij werklieden zendt in zijn oogst. — 3 Gaat heen; zie, Ik zend u als lammeren midden onder de wolven. 4 Draagt geen beurs mee, geen reiszak, geen schoenen; en groet niemand onderweg. — 5 Wanneer gij een huis binnenkomt, zegt dan eerst: Vrede aan dit huis! 6 En als daar een kind van de vrede woont, zal uw vrede op hem rusten; zo niet, dan keert hij terug op u. 7 Blijft in dat huis; eet en drinkt wat men er heeft; want de arbeider heeft recht op zijn loon. Gaat niet van het ene huis naar het andere. — 8 En in welke stad gij ook komt, waar men u ontvangt, eet wat u wordt voorgezet; 9 geneest de zieken die er zijn, en zegt hun: Het koninkrijk Gods is nabij. 10 Maar als gij in een stad komt, waar men u niet ontvangt, gaat uit op haar pleinen, en zegt: 11 Zelfs het stof uwer stad, dat aan onze voeten kleeft, schudden we tegen u af; toch moet gij weten: het koninkrijk Gods is nabij. 12 Ik zeg u: Voor Sódoma zal het dragelijker zijn op die dag dan voor die stad.